Oosterse varkenshaas

Gang Hoofdgerecht
Keuken Oosters
Trefwoord oosters, rijst, varkenshaas
Recept afdrukken
Porties : 4

Ingrediënten
  

Voor de gemarineerde varkenshaas

  • 400 gr Varkenshaas 300 gr
  • 2 el Ketjap manis
  • 2 el Sojasaus ( kikkoman )
  • 3 el Honing
  • ½ tl Knoflookpoeder
  • ½ tl Korianderpoeder ( ketoembar )
  • ½ tl Uienpoeder
  • ½ tl Gemberpoeder
  • 1 el Sesamzaadjes
  • 1 st Lenteuitje voor garnering

Voor het bedje van groenten

  • 1 Ui
  • 2 tn Knoflook
  • 150 gr Witte beukenzwammetjes
  • 75 gr Spitskool
  • 75 gr Groene courgette
  • 1 st wortel
  • 75 gr Taugé
  • ½ st Rode peper
  • 2 el Goede oestersaus
  • ½ el Sojasaus

Voor de gele rijst

  • 100 gr Basmathi rijst
  • ½ tl Kurkuma
  • ½ tl Zout

Instructies
 

Voor de marinade

  • Meng alle ingrediënten ( behalve de lenteui )
  • Leg de varkenshaas in een schaal en verdeel de marinade erover. Vacumeren kan ook.
  • Laat dit zo lang mogelijk intrekken
  • Verwarm de oven op 180 °c
  • Haal het vlees uit de marinade
  • Bak het vlees in een schaal gedurende ca. 25 min. in de oven
  • Laat de marinade lichtjes inkoken
  • Bestrijk het vlees regelmatig met de marinade
  • Bestrijk 10 min voor eind met wat honing
  • Tranceer het vlees in plakken van ca. 0,5 cm

Voor het groentebedje

  • Snijd de ui, knoflook en peper fijn
  • Fruit de ui, knoflook en peper zachtjes in wat boter tot zacht
  • Snijd de wortel en de courgette in staafjes ( batonnettes )
  • Voeg eerst de kool en wortel bij de ui (dit moet gaar zijn )
  • Voeg de beukenzwammetjes, taugé en de helft van de courgette toe
  • Voeg de oestersaus en sojasaus toe
  • Roerbak alle een paar minuten

Voor de rijst

  • Kook de rijst volgens aanwijzingen
  • Voeg hieraan de kurkuma en zout toe

Presentatie

  • Doe op een bord ca. 2 cm rijst in een ring van 8 cm
  • Doe daarnaast in een rechthoekige vorm een laag van het groentemengsel
  • Schik op de groenten het gesneden vlees
  • Druppel hierop nog wat marinade
  • Werk af met wat sesamzaad en lenteui

Copyright 2022 © René de Ruijter